“Dat ding met veren”

Start | “Dat ding met veren”

“Dat ding met veren dat doordringt in de ziel”. Zo beschrijft de Amerikaanse dichteres Emily Dickinson de hoop. Ooit, intussen alweer bijna acht jaar geleden, ervaarde ik lijfelijk de kracht van de hoop, in de gestalte van een “ding met veren”. Mag ik het met je delen?

Het was in september 2011. Ik was als geestelijk verzorger met Nederlandse militairen op missie in Mazar-e-Sharif, een plaats in het noorden van Afghanistan. Het liep tegen de avond en zoals gebruikelijk schoven we aan bij de lange rij wachtenden voor de eettent. Amerikanen, Indiërs, Duitsers, Noren, Kroaten, Hollanders. Militairen en civilians, meest mannen, in de kracht van ons leven. Sterke lijven, stoere koppen. Tatoeages op alle mogelijke zichtbare plekken, kauwgom kauwende kaken, zware stemmen, zonnebrillen. Velen met een lang wapen omhangen. 

En dan …ineens … fladderde ergens vandaan, niemand weet vanwaar, een klein geel-oranje gekleurd vogeltje ter grootte van een kanarie op de rij af en zette zich op de schouder van een stevige Amerikaan met een brede nek. Verbluft verstarde de man in zijn beweging. Het vogeltje bleef zitten, hield het kopje schuin en blikte parmantig van links naar rechts. Overal rondom de man werd verrast en opgetogen gereageerd. Lachend wees men elkaar op het tafereeltje en er kwamen cameraatjes en mobiele telefoons tevoorschijn. 

Het was alsof het vogeltje zich bewust was van het bijzondere effect dat het teweeg bracht, want het liet de fotosessie rustig over zich komen en verplaatste zich vervolgens naar een volgende schouder, zo’n vijf meter daarachter. En dan weer naar een volgende … En nog een … Daarbij discrimineert het niet. Aziaat, Amerikaan en Europeaan werden bezocht, het landde op blank en zwart, op westerling en oosterling. Tenslotte zette het zich neer bij de ingang van de eettent, op de grond, slechts een halve meter verwijderd van de enorme soldatenkisten van de wachtende manschappen.

Door de lange rij ging een golf van vrolijkheid, maar daaronder stroomde nog een andere emotie. Ik registreerde het bij mezelf en las het in de ogen van de anderen: ontroering! Ontroering om de onbevangenheid van dit piepkleine kwetsbare schepseltje, dit ontwapenende wezentje, te midden van al het krachtsvertoon. 

Dit kleine gevleugelde wezentje appelleerde aan ons grote heimwee, ons verlangen naar het paradijs, waar mensen en dieren in Gods tuin in vrede leven, met elkaar en met onszelf. En mij schoot dat beeld van Emily Dickinson te binnen: hoop, “een ding met veren”.

Een mooie dag!

mm

Meld je vandaag aan voor een dagelijkse levensles en bemoediging. Zeven verschillende schrijvers delen met jou hun verhalen en levenslessen, zodat jij je dag goed kan beginnen!



*Door je aanmelding geef je toestemming voor het verwerken van je persoonsgegevens, zoals beschreven in de privacyverklaring, en geef je aan dat je 16 jaar of ouder bent.